Zowel artikel 28 als artikel 27 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) zegt iets over de rol van de OR in het kader van arbeidsomstandigheden. Artikel 28 stelt dat je als OR de wettelijke plicht hebt om het naleven van voorschriften in het kader van veilig werken te stimuleren.
Artikel 27 geeft de ondernemingsraad instemmingsrecht op regelingen die gaan over alles wat met arbeidsomstandigheden te maken heeft. Dat geldt dus ook voor aanpassingen in de voorschriften die in jullie organisatie gelden. Het is daarmee belangrijk om goed op de hoogte te zijn van de geldende veiligheidsvoorschriften en -protocollen en bij het niet naleven hiervan er de bestuurder actief op te wijzen. Wanneer extra voorschriften of richtlijnen van kracht worden, die negatief afwijken van de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften van het RIVM, geldt het instemmingsrecht van de OR. Let hierbij ook goed op handhaving en sanctionering. Zorg er tevens voor dat controlemogelijkheden, en de eventuele sancties, direct gecommuniceerd worden wanneer de maatregelen binnen de organisatie worden afgekondigd. Dus dat medewerkers hiervan actief op de hoogte gesteld worden.
Nee, in het reglement van de OR wordt geregeld hoe de OR tot besluiten komt. In het OR-reglement staat normaal gesproken een ondergrens van het aantal aanwezigen dat benodigd is voor het kunnen bijeenkomen in een vergadering.
Daarnaast geldt wettelijk dat in het OR-reglement een quorum moet zijn opgenomen. Dat is het aantal aanwezigen dat bij een vergadering moet zijn om als ondernemingsraad rechtsgeldige besluiten te kunnen nemen. Vaak wordt dat gesteld op de helft van het aantal zetels +1.
Conform artikel 28 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) heb je als or een stimulerende taak in het kader van goed werkgeverschap. Dat betekent dat je dit goed werkgeverschap actief moet stimuleren in de organisatie.