Steeds meer zorgmedewerkers zeggen hun vaste dienstverband vaarwel. Sommigen kiezen ervoor om zzp’er te worden, anderen gaan via een detacheringsbureau werken. Niet zo gek, want op deze manier verdien je meer dan een vaste medewerker én heb je meer zeggenschap over je diensten. Dat klinkt positief, maar de zorg komt erdoor in de problemen. Onze voorzitter Stella Salden was te gast bij EenVandaag om hierover te praten.
Een hoger loon is fijn voor de werknemer, maar duur voor de werkgever. Vooral medewerkers die bij een detacheringsbureau aangesloten zijn, kosten veel. Via een detacheringsbureau werken heeft voor jou een groot voordeel: je krijgt sowieso door het bureau betaald, en jij hoeft niet te zoeken naar werk. Dat doen zij voor je. Maar ja, een detacheerder moet ook geld verdienen. Zorginstellingen moeten dus jouw loon met daarbovenop een extra bedrag voor de detacheerder betalen om jou in te huren. Gemiddeld is een tijdelijk ingehuurde kracht 1,8 keer duurder dan een medewerker in vaste dienst.
Uit cijfers blijkt dat er ieder jaar drie miljard euro naar detacheringsbureaus gaat. Wij als NU’91 vinden dat betreurenswaardig. Salden: “We kampen op dit moment nog met een forse salarisachterstand van de mensen in loondienst. Dan is het wel heel zuur als je verneemt dat drie miljard besteed wordt aan commerciële bureaus en niet direct ten goede komt van onze zorgmedewerkers in loondienst.’’
Hoge kosten zijn niet het enige probleem. Ook de werkdruk voor vaste medewerkers wordt hoger. Flexwerkers kunnen, zoals het woord al een beetje zegt, hun werktijden flexibel indelen. Zij kunnen bijvoorbeeld aangeven dat ze geen nacht- of weekenddiensten willen draaien. De werknemers met een vast dienstverband moeten daardoor steeds vaker opdraven voor deze diensten. Salden: “De vaste krachten staan altijd aan. Zij houden de zorg dag en nacht draaiende, terwijl de zpp’ers of gedetacheerden een dienst draaien.’’
Natuurlijk is het fijn als een freelancer een dienst kan oppakken bij nood, maar dat is niet altijd het geval. Het komt ook voor dat een vaste medewerker uit dienst treedt, om vervolgens terug te komen als uitzendkracht. Bij vaste medewerkers zorgt dit voor scheve gezichten: ‘waarom verdienen ze meer dan ik, terwijl ze hetzelfde werk doen?’. NU’91 begrijpt dan ook zeker dat werknemers naar andere mogelijkheden kijken. “Op het moment dat het verschil te groot is tussen iemand in loondienst en een zzp’er, werken we dit probleem zelf in de hand’’, vertelt Salden bij EenVandaag. Het (loon)verschil tussen deze twee groepen moet dus kleiner worden om de verhouding goed te houden. Als te veel medewerkers ervoor kiezen om hun vaste dienstverband op te zeggen, komt de zorg in grote problemen. Naast de hiervoor genoemde nadelige gevolgen voor vaste medewerkers en instellingen, kunnen zorgteams op den duur ook niet meer goed functioneren. Stella: “Je kunt niet echt een goedwerkend team vormen op het moment dat er steeds wisselende mensen komen.’’
Meer geld voor iedereen klinkt natuurlijk als dé oplossing, maar dat is moeilijk te realiseren. In Nederland hebben we 1,4 miljoen zorgmedewerkers. Een hoger salaris voor iedereen zou dan ontzettend veel geld kosten. NU’91 vindt daarom dat er meer focus moet liggen op de groepen waar de problemen het grootst zijn. Salden: “Bij de verzorgende en verpleegkundige beroepen en aanverwante functies, zoals anesthesiemedewerkers, liggen de grootste problemen. In deze groepen moet fors geïnvesteerd worden. Ten eerste is zeggenschap van groot belang. Deze beroepsgroepen moeten een wettelijke status krijgen, zodat ze kunnen meebepalen in het beleid en in de inrichting van de zorg. Ten tweede zijn betere voorzieningen voor persoonlijke ontwikkeling en scholing nodig. En ja, het wegwerken van die salarisachterstand zou de eerste stap moeten zijn, zodat ze een goed salaris hebben voor dit belangrijke beroep.’’
Wil je het televisiefragment uit EenVandaag terugkijken? Klik dan hier