Verpleegkundigen en verzorgenden maken zich zorgen of er voldoende beschermende middelen op voorraad zijn tegen het coronavirus. Daarnaast is een overgroot deel van de zorgprofessionals bereid om extra te werken als dit nodig is, mits er voldoende beschermende materialen beschikbaar zijn én daar een vergoeding tegenover staat. Dat blijkt uit een enquête van NU’91.
Dat de beperkte toegang tot beschermende middelen een grote rol speelt, blijkt uit het feit dat ruim dertig procent aangeeft dat er nu al een tekort is aan deze beschermende materialen. Vooral aan mondkapjes en brillen is een groot gebrek. Met name in de verpleeghuizen is het tekort opmerkelijk. Dit komt mede doordat zij doorgaans al minder grote voorraden hebben op dit gebied. Zorgverleners in de VVT maken zich dan ook extra zorgen om de bescherming van hun kwetsbare zorgvragers en van zichzelf.
Dat deze sector zich aan het voorbereiden is op een grootschalige doorbraak, blijkt uit de antwoorden. Ruim driekwart van de respondenten geeft aan dat ze goed op de hoogte zijn gebracht door de werkgever over het protocol, mocht het virus zich binnen de instellingen aandienen. Echter blijkt ook uit de reacties dat het merendeel van de zorgverleners zich afvraagt of hun werkplek wel voldoende is ingericht op de specifieke zorg die wordt gevraagd bij het verplegen van coronapatiënten. Niet overal zijn (voldoende) isolatieruimtes beschikbaar en binnen de thuiszorg wordt isolatieverpleging helemaal een uitdaging.
Het coronavirus zorgt voor veel vragen en onduidelijkheid. Toch heerst er volgens de zorgprofessionals teveel onnodige paniek en is het volgens hen van belang dat de rust wordt bewaard. Echter baart het de doelgroep wel zorgen dat – bij een grootschalige uitbraak waarbij ook zorgverleners uitvallen – het tekort aan personeel nog verder oploopt. Als oplossingen opperen zij het draaien van aangepaste diensten of het verlenen van aangepaste zorg. Dat betekent dat kritisch moet worden gekeken welke zorg noodzakelijk is en welke kan worden uitgesteld tot een later moment. De doelgroep is grotendeels bereid om extra diensten te draaien, maar dan moet hier wel een vergoeding tegenover staan. Het liefst in de vorm van vakantiedagen of salaris.
NU’91 vindt dat er acuut actie moet worden ondernomen, voor het probleem te groot wordt. Voorzitter Stella Salden van NU’91: “Als beroepsorganisatie vinden wij dat het de verantwoordelijk van de overheid is om een daad te stellen. Zorgverleners moeten veilig hun werk kunnen doen. De voorraad beschermende middelen moet daarom overal toereikend zijn. Onze zorgverleners helpen mee aan een landelijk probleem en daar tegenover moet een passende vergoeding staan. Bijvoorbeeld door uitbetaling in de vorm van onbelast loon over de extra uren. Zo laten we zien dat wij de zorgprofessionals waarderen en dat het werken van extra diensten in tijden van crisis wordt beloond.”